Roadtrippen in Laos

 Niet lang nadat we zijn opgestegen zet de piloot de daling al weer in. Vanuit de lucht ziet Laos er meteen al weer anders uit dan Thailand. Ik zie overal kleine blauw/groene meertjes onder ons door schieten en de wegen lijken op die in Cambodja; veel rood zand. We staan nog niet aan de grond of ik ben al enthousiast.
We landen in de hoofdstad Vientiane waar we een klein hotelletje geboekt hebben. Het is ruim 40 graden in de stad en ik ben dan ook meer dan blij dat er een zwembadje bij zit. De stad zelf is niet zo bijzonder, de Mekongrivier die langs de stad stroomt is dat daarentegen wel! We dineren aan de rivier en nemen een Laotiaanse massage, die het bij lange na niet haalt bij de Thaise. Het duurt niet lang voor we zijn uitgekeken in Vientiane en de bus pakken richting Thakhek waar we per motor de bekende Thakhekloop willen gaan rijden.

De Mekong

20170304_113344.jpg

 Hotpotje eten!20170318_205317.jpg

We huren een motortje (lijkt meer op een scooter) en gaan op weg. De route is ongeveer 450 km lang en veel mensen rijden dit binnen 3 dagen. Wij besluiten het langzaamaan te doen en zien wel hoe lang we weg blijven. We nemen een klein beetje bagage mee voor een aantal dagen en de rest van de spullen laten we achter bij het hotel. Op dag 1 stoppen we ongeveer 3000 keer voor een foto en bij alle hoogtepunten die we onderweg tegenkomen. Ik denk niet dat ik er bij hoef te vertellen dat we niet veel kilometers gemaakt hebben ;)? Wat is het mooi hier! Wanneer we bij een tentje stoppen om wat water en eten te kopen geeft de dame bij het stalletje aan dat ik een extra fles water moet pakken. Ik geef aan dat dit wel genoeg is, maar ze blijft aandringen. Het duurt even voor ik het begrijp, maar ze heeft geen wisselgeld meer dus moet ik maar iets extra’s meenemen. Upselling 2.0! De volgende dag rijden we de bergen in. Ik had al gelezen ergens dat het koud kon worden in de bergen en heb voor de zekerheid een jasje meegenomen. Jopie dacht dat het overdreven was (we lazen het toen het heel ruim over de 30 graden was) en heeft niets bij zich. Hadden we maar beter geluisterd! Want het is hier koud, heel koud. Tot overmaat van ramp begint het ook nog eens te regenen.


Even schuilen en een spelletje doen. We wilden ook graag wat drinken, maar wat we ook probeerden (alle talen die we kennen incl gebaren taal met handen en voeten), we kregen niks! 

20170308_104618.jpg

We stoppen om een jasje voor Jopie te kopen. Ze verkopen alleen regenpakken en dan ook nog eens alleen in Laotiaanse maatjes. Jopie zit aardig strak ingesnoerd in z’n regenjasje, maar heeft het nu gelukkig wel wat warmer. We stoppen bij een rijstveld om een foto te maken. Ik stap af en loop een eindje richting het veld. Wanneer ik omkijk zie ik dat er 2 mannen op een motor stoppen bij Jopie. Ze willen met hem op de foto, het is niet de eerste keer en ook zeker niet de laatste keer dat hij op de foto gezet wordt. Ik vraag me nog steeds af waarom ;) Tussen de middag willen we wat eten bij een tentje langs de weg. We gaan zitten en vragen of we wat kunnen eten. Aan menukaarten doen ze hier niet (op veel plekken buiten de steden om blijkt dit zo te zijn). Het is bij deze tentjes eten wat de pot schaft en anders niet. Meestal is dit een gevulde noodlesoep, maar we hebben ook al geit van de bbq gehad. Altijd weer een verrassing! Aan het einde van de dag komen we totaal verkleumd aan in een klein dorpje. Ik spring onder de douche tot ik het weer lekker warm heb. Helaas voor Jopie is dit de allereerste keer dat we een boiler hebben en heb ik al het warme water opgemaakt, arm ding.

20170306_131435.jpg

20170306_145027.jpg

Onze laatste stop is bij het Spring River resort in de buurt van de bekende Conglor Cave. Onderweg rijden we gelukkig (hoe mooi ze ook zijn) de bergen uit en het warmere weer tegemoet. We komen onderweg de mooiste landschappen tegen en als we een euro kregen voor elke keer dat we ‘mooi he’ tegen elkaar zeggen, zouden we inmiddels dusdanig rijk zijn dat we nooit meer naar huis hoeven. Wanneer we tussen de middag wat willen eten stoppen we bij een van de weinige tentjes die we tegenkomen. Een groep jonge meiden lijkt een feestje te vieren. Ze zijn uitbundig, draaien enorm harde muziek en ze drinken bier alsof hun leven er vanaf hangt. Wanneer wij gaan zitten krijgen we meteen bier aangeboden (de Laotianen zijn wat dat betreft enorm vrijgevig). Wanneer we zitten te eten (Noodlesoep jaja) komt er een man bij ons zitten. Het blijkt de leraar van de dames te zijn. Hij legt uit dat het vrouwendag is en dat dat groots gevierd wordt in Laos. De man lijkt een oogje op Jopie te hebben en komt steeds dichterbij zitten. Wanneer ik denk dat de man bijna bij hem op schoot gaat zitten lijkt het mij tijd om er maar eens vandoor te gaan. We betalen en rijden het laatste stuk richting de Conglor Cave. Het Spring River resort blijkt een echte ‘hidden gem’ te zijn.

20170312_091208.jpg

20170311_132807.jpg

Een mooi, sfeervol en goed onderhouden resortje aan een rivier waar ze on top of all ook nog eens heerlijk eten en lekkere wijntjes hebben. We blijven dan ook langer dan we van plan waren. We varen met een bootje over de rivier, fietsen een middagje, zwemmen, nemen een kijkje bij een ‘organic farm’ en bezoeken de grot. Bij de grot aangekomen blijkt dat we deze alleen kunnen bekijken vanuit een bootje met een gids. We betalen, ruilen onze schoenen in voor slippers die al klaar staan voor ons en gaan mee met onze gids. We varen een uur lang door het donker en stappen onderweg zo hier en daar uit om iets te bekijken. Blijkbaar hebben we in Thailand iets teveel genoten van het goede leven, want ons bootje loopt vast op de stenen. We moeten een paar keer uitstappen en verder lopen :o. Iets wat ik in een donkere grot die vol staat met water niet bepaald kan waarderen. Na een uurtje varen hebben we aan het einde van de grot een kleine pauze voor we dezelfde weg terug gaan. De grot was groots en best bijzonder maar ik denk niet dat rondvaren in donkere grotten mijn nieuwe lievelingsactiviteit is. Na een paar dagen luieren en genieten aan het riviertje, is het tijd om terug te rijden naar Thakhek waar we de bus terug nemen richting Vientiane.

Organic farm

20170311_105944_1.jpg


Rijstvelden

20170307_163145.jpg

20170327_113459.jpg

We lopen de deur door naar buiten (een gate kennen ze hier blijkbaar niet). Ik moet 2 keer kijken voor ik hem zie staan; ons vliegtuig. Slik. Het is een ieniemieniepropellorvliegtuigje. Dat het een klein vliegtuig is had ik wel gedacht maar dit is toch nog wel wat kleiner dan ik verwacht had. We stappen in en niet lang daarna stijgen we op. Dit is de eerste keer dat ik een vliegtuig zit en me afvraag of ik wel veilig aankom op de plaats van bestemming. Gelukkig is het maar een kort vluchtje en duurt het niet lang voor we veilig in Luang Prabang aan de grond staan. Luang Prabang blijkt een hele gezellige, mooie stad te zijn met veel Franse invloeden. Dat wil ook zeggen veel lekker eten en goede wijntjes, yes! We huren een scooter en toeren een beetje rond. We rijden naar de Kung Si waterval en ‘beklimmen’ deze, prachtig!


Avondmarkt Luang Prabang

20170510_125030.jpg

20170316_131035.jpg

 20170316_125624.jpg

De Thakhekloop is ons dusdanig goed bevallen dat we besluiten nog een stuk met de motor te rijden. We bedenken onze eigen loop door het noorden van het land en gaan op onderzoek uit om te bekijken of het haalbaar is. Al snel komen we er achter dat het niet mogelijk is om een kleine motor te huren in Luang Prabang en deze mee te nemen naar een andere provincie. Het duurt even (lees; 8 verhuurbedrijven verder..) voor iemand ons kan uitleggen waarom. Het wordt ons duidelijk dat we alleen een grote motor mee kunnen nemen de provincie uit. Helaas blijkt dit een duur grapje te zijn. Het huren van een motor kost al snel 75 US dollar per dag. Terwijl we daar eens goed over nadenken doen we in de tussentijd een trekking.

We boeken een 2 daagse jungletrekking waarbij we heel duidelijk aangeven dat we graag wat dieper de jungle in willen (met name om het Laotiaanse dierenrijk wat nader te bestuderen). Geen probleem, er wordt een programma op maat gemaakt en een paar dagen later kunnen we op pad met onze privégids; Anong.
’s Ochtends op het afgesproken tijdstip komt Anong ons samen met de eigenaar van het excursiebureautje ophalen. Hij checkt nog even wat we aan bagage bij ons hebben en na een paar kleine aanpassingen gaan we op weg. We rijden ongeveer een uurtje de stad uit en worden dan op een zandpad afgezet. Daar begint onze tocht. Wat mij betreft niet echt een mooie plek om te beginnen, maar niet veel later blijkt het wel interessant te zijn. We lopen langs een groot bouwproject. Anong legt uit dat de Chinezen veel grote projecten in Laos doen. In deze regio bouwen ze een enorme dam om stroom op te kunnen wekken. Helaas moeten daarvoor meerdere Laotiaanse dorpen wijken. Een eindje verderop krijgen de Laotiaanse mensen dan een nieuw dorp waar ze kunnen gaan wonen. Dit is echter echt een lelijk dorp; de huizen zijn weliswaar allemaal van steen maar ze zijn allemaal exact hetzelfde en staan hutjemutje op elkaar. De dorpelingen hebben geen tuintjes meer en lijken opeens in een prefabnieuwbouwwijk te wonen in plaats van de sfeervolle kleine dorpjes waar ze vandaan komen. Ik denk niet dat ik uit hoef te leggen dat lang niet alle Laotianen fan zijn van deze Chinese bouwpraktijken. Een eind verder zou het junglepad beginnen, daar aangekomen blijkt dat in de afgelopen weken de Chinezen dat deel hebben gekapt om daar een grotere weg aan te leggen. Jammer! We lopen verder en komen uiteindelijk wel op kleine padjes terecht tussen de rijstvelden. Het is mooi en indrukwekkend (ook al is de jungle ver te zoeken). We lopen door wat kleine bergdorpjes heen en zien hoe de Laotianen in de bergen leven. Onderweg komen we meerdere mensen tegen die bezig zijn hun avondmaal bij elkaar te vangen/schieten. We zien Laotianen met duikbrillen en spearguns vissen in de rivier en we komen er een aantal met geweren en kruisbogen tegen. We komen er achter dat er nog maar weinig dieren over zijn in Laos en dit is de reden. Alles wat eetbaar is wordt gevangen of neergeschoten en vervolgens opgepeuzeld. Jammer, maar wel begrijpelijk. Halverwege de middag komen we in het dorpje terecht waar wij overnachten bij een homestay.

20170317_150036.jpg

Ik had me niet veel van onze slaapplek voorgesteld, maar we hebben het goed voor elkaar. We hebben een hutje voor onszelf en een wc dichtbij het hutje. We installeren onszelf en aan het einde van de middag krijgen we een rondleiding door het dorp. We lopen langs de gemeenschappelijke douche (alle inwoners van het dorp, ruim over de 360 mensen, maken gebruik van deze douche). Het is betonnen plaat midden in het dorpje waar een klein waterkraantje zit. Dat is de douche. Deze is aangelegd door een organisatie als Unicef. Het is bizar om op een plaats te zijn waar de mensen nog niet in staat zijn om goed voor zichzelf te zorgen. Zij krijgen bijvoorbeeld ook les in hygiëne, waarbij ze 3 dingen leren. Hoe je jezelf moet wassen en schoonhouden, hoe je schoon moet leven in je huis en hoe je schoon moet koken. Verderop is een nieuwe school gebouwd, wederom door een hulporganisatie. Een 3e organisatie heeft een zonnepaneel geleverd omdat er in dit dorp geen elektriciteit is. De school is eind 2016 gebouwd maar het is nu al duidelijk dat er niet goed voor deze school gezorgd wordt. In het toiletgebouwtje is een leiding gesprongen. Het water stroomt door het gebouwtje (al langere tijd zo te zien) en niemand lijkt zich geroepen te voelen om dit te repareren. Anong geeft ook aan dat het jammer is dat de hulporganisaties niet zo nu en dan komen helpen bij het onderhoud of dat ze anderen dat niet geleerd hebben. Ze zetten een gebouw neer en dat is het, een beetje zonde zo lijkt het nu. Wanneer we door het dorp lopen lijkt het alsof ik in het openluchtmuseum terecht ben gekomen. De ene is hout aan het hakken, de andere zit rieten mandjes te vlechten, nog weer iemand anders is matten aan het vlechten voor op de daken en ga zo maar door. Overal wordt gekookt op vuurtjes (die gewoon binnen in de houten hutjes gestookt worden). Het is heel bijzonder om te zien hoe deze mensen leven zonder stromend water en zonder elektriciteit.

Een demonstratie van de kruisboog

20170317_143846.jpg

De kinderen uit het dorp hebben ons al snel gespot en komen op bezoek. Ondanks dat ze allemaal behoorlijk arm zijn blijken de kiddies wel raad te weten met een smartphone en hebben al snel de selfiestand ontdekt!

20170317_164437_001.jpg

Ze blijken dol te zijn op koekjes en zorgen er zelf voor dat iedereen eerlijk even veel krijgt. 

20170317_162748.jpg

Die avond krijgen we een heerlijk maaltje voorgeschoteld. Tijdens het eten horen we veel kabaal uit een van de ‘huizen’ komen. Er is een man steeds aan het zingen/schreeuwen en zo nu en dan wordt er op een klankschaal geslagen. Anong legt uit dat het de Sjamaan van het dorp is. Er wordt een offer gebracht voor een (ernstig) zieke. In dit dorp is geen dokter en er zijn ook geen medische voorzieningen. Er is alleen maar een Sjamaan aanwezig. Wanneer er iemand ziek wordt, proberen ze eerst of hij het kan ‘genezen’. Wanneer dit niet lukt wordt en medische hulp gezocht in een ander dorpje wat op een paar uur lopen afstand ligt.

Na het eten is het hele dorp donker op een paar zaklampen na. Iedereen gaat vroeg slapen. De volgende morgen ontwaakt het dorp bij de eerste zonnestralen. Wij lopen vandaag binnen een paar uur weer terug naar de hoofdweg. Het deel van de jungle waar we vandaag doorheen zouden lopen is recentelijk illegaal gekapt door een boer. Hij heeft daarvoor een flinke boete gekregen, maar dat zal de jungle voorlopig niet terugbrengen. Hoe jammer het ook is dat we van de jungle en het dierenrijk weinig gezien hebben, een mooie en interessante trekking was het zeker. We hebben veel over het land en de gang van zaken binnen Laos geleerd.

20170317_132937.jpg

Jopie en Anong

20170318_101200.jpg


Tijdens de trekking hakken we de knoop door; we gaan de veel te dure offroad huren en rijden een zelfbedachte loop in het noorden van het land. Het plan is om eerst met de boot over de Mekong richting de Thaise grens te varen (Huay Xai) en vanaf daar met een omweg terug te rijden naar Luang Prabang. De motor moet dan dus mee op de boot. Bij de receptie van ons hotel vragen we of dat mogelijk is, helaas is dat niet het geval. Maar waar een wil is, is een weg. We rijden naar de pier (het was nogal een opgave deze te vinden, maar na een uur of wat komen we er achter waar deze zit) en vragen het daar nog eens, het kan! We huren de motor en de volgende dag vertrekken we. De motor op de boot krijgen was nog wel een dingetje, deze moest er namelijk in getild worden. Gelukkig krijgt Jopie hulp van een paar mannen en daar gaan we dan. Het is een tocht van 2 dagen over de Mekong met een overnachting in het dop Pakbeng. Hoe mooi de Mekong ook is, na een halve dag zijn wij eigenlijk al wel helemaal klaar met de boot en besluiten dan ook niet verder te varen dan Pakbeng. Aangekomen in Pakbeng blijkt er alleen een flinke trap omhoog te lopen vanuit het water. Lastig! Die slimme Laotianen ruiken hun kans een centje te verdienen en willen ons alleen helpen als we ze betalen. Aangezien we niet veel keus hebben betalen we ze braaf en zij brengen de offroad netjes naar boven. Aangezien de motor veel bekijks trekt en we goed gewaarschuwd zijn voor diefstal, zoeken we een hotel uit waar we hem binnen mogen zetten. Wanneer we hem binnen voor de receptiebalie parkeren zien we 2 Nederlanders die ook bij ons op de boot zaten. We raken in gesprek en drinken een biertje met ze. Wanneer we later die avond terugkomen in onze hotelkamer (en ik heeel nodig moet plassen) blijkt de deur van de badkamer op slot te zitten. Voor iedereen die nog nooit in Azië is geweest; ze hebben daar overal deurknoppen waar een klein knopje op zit die je moet indrukken wanneer de deur op slot moet. Wanneer je dit knopje indrukt wanneer je de badkamer verlaat en vervolgens de deur achter je dichtgooit heb je dus een probleem.. Ik kon me niet voorstellen dat ik dit gedaan had, maar het lijkt er toch echt op dat ik de schuldige ben. Optimistisch probeer ik tevergeefs de badkamerdeur met de kamersleutel te openen. Ik loop naar de receptie, maar deze is gesloten. De telefoon wordt niet opgenomen en wanneer ik op de deur klop waar de manager slaapt krijg ik geen reactie. Inmiddels moet ik dusdanig nodig plassen dat ik maar snel naar een restaurantje in de buurt loop. Wanneer ik terug kom hoop ik dat het probleem zich vanzelf heeft opgelost, maar dat is natuurlijk niet het geval. Een andere hotelgast komt ons helpen, hij heeft een machete achtig mes bij zich en waagt een poging. Ook dat haalt niets uit. Een nachtje zonder wc zie ik niet echt zitten en Jopie en ik kijken nog eens of we de deur niet op de een of andere manier open kunnen krijgen. Met een bankpas, een mes etc. van alles proberen we. Uiteindelijk lukt het Jopie om de deur open te krijgen. Wat een inbrekerstalent :D Nu ik weet dat deze deuren dus vrij makkelijk open gaan toch maar wat voorzichtiger zijn met spullen achter laten in hutjes en op hotelkamers! Even later zit de deur opnieuw op slot, het lag dus (gelukkig) niet aan mij. Deze keer heeft Jopie de deur in no time open. Voor de zekerheid leggen we er nu maar even iets tussen.

20170321_181637.jpg

Via de stadjes Luang Namtha en Oudomxai rijden we in een paar dagen naar het dorpje Nong Khiaw. Het duurde even, maar inmiddels snap ik waarom het verboden is om kleine motoren mee te nemen uit de provincie. Het rijden in Laos is ondanks de prachtige nieuwe wegen echt levensgevaarlijk. Iedereen die niet goed kan rijden moet dat dus vooral ook niet doen en zelfs wanneer je prima kunt rijden zou ik het misschien alsnog niet echt aanraden. We rijden vandaag de ene haarspeldbocht na de andere en meer dan eens komen we een vrachtwagen tegen op onze weghelft die daar niet hoort. Op de wegen zijn met spuitbussen de dodelijke ongevallen afgetekend en dat zijn er misselijkmakend veel. Op sommige stukken zijn er binnen 5 kilometer recentelijk meer dan 10 dodelijke ongevallen gebeurd. Het bloed ligt regelmatig nog op de weg. Ik ben meer dan blij wanneer we veilig aankomen in het dorp Nong Khiaw. Het is een mooi, klein en gezellig dorpje aan een rivier. We blijven een paar dagen en rijden een beetje rond in de mooie bergachtige omgeving van het dorp.

 20170326_134726.jpg

20170322_181434.jpg

Na al die tijd is het weer eens tijd om naar de kapper te gaan. We vragen ons al een klein beetje af of dat in een dorpje als dit wel een goed idee is, maar als ik om me heen kijk zie ik niemand met raar haar dus ik denk dat het best kan. Jopie wordt geknipt door een man en ik door een vrouw. De dame vraagt aan mij hoeveel er van mijn haar af moet en ze laat 5 cm zien. Ik zeg dat dat veel te veel is en geef aan dat er ongeveer een centimeter af moet. Ze zegt oké en begint te knippen. Ik kijk naast me en zie plukken van ruim 10 centimeter op de grond vallen. Potverdikkeme! Het is al te laat om er nog wat aan te doen. Na een paar minuten is ze klaar. Bij Jopie gaat het er heel anders aan toe. Na een half uur heeft hij een hoofdmassage gehad, is zijn haar gewassen en is hij geschoren maar aan zijn haar is nog niet zo veel gedaan. De zijkant van zijn hoofd is bewerkt met een tondeuse en daar blijft het bij. Een klein beetje beteuterd lopen we terug naar ons hotelletje. Mijn haar is uiteraard niet meer te redden, maar Jopie wil z’n haar opnieuw laten doen. Jammer genoeg voor hem zit er maar 1 kapper in het dorp en blijft er nog maar 1 andere optie voor hem over; ik moet z’n haar knippen. We kopen een kam en een schaar en een uurtje later heeft hij het mooiste kapsel dat hij ooit gehad heeft :D. De tijd is voorbij gevlogen en de volgende dag moeten we terug richting Luang Prabang omdat ons visum bijna verloopt en het alweer tijd is om het land te verlaten.

Op onze laatste dag in Luang Prabang zijn we een middagje bezig met kaartjes schrijven aan het thuisfront. Ook moeten er een paar kleine pakketjes op de post. Wanneer alle kaartjes geschreven zijn lopen we naar het plaatselijke ‘postkantoor’. Daar worden we ontvangen door een knorrige Laotiaanse dame. We laten zien wat er op de post moet, meteen geeft ze aan dat het onmogelijk is om de pakketjes op de post te doen, ze zijn te zwaar. Ik maak er kleinere pakketjes van zodat de meesten nu wel mee kunnen en vraag of ze daar misschien enveloppen voor heeft. Chagrijnig wijst ze naar een stapeltje, blijkbaar moeten we ons daar zelf mee redden. Er blijven nog 2 te zware pakketjes over, wat ik daar dan mee moet is me een raadsel. Wanneer ik even doorvraag (wat me niet in dank wordt afgenomen) kom ik er achter dat er een dhl om de hoek zit. Voor de kaartjes krijgen we ongeveer 1 miljoen postzegels en Jopie begint enthousiast te plakken. Hij heeft niet zo goed opgelet; op elke kaart moeten 2 verschillende zegels terwijl hij er maar 1 geplakt heeft. De dame kijkt ons aan alsof we de meest domme wezens zien die ze in haar hele leven gezien heeft en geeft aan dat hij de hele stapel nog een keer langs kan.
Zo, eindelijk klaar met plakken en alles is klaar voor verzending. Wanneer we moeten betalen vraagt Jopie voor de grap of we nog wat korting kunnen krijgen. Als blikken konden doden.. Ik had tot dusver nog nooit een Laotiaan (of zelfs maar Aziaat) gezien met rollende ogen, maar nu hebben we het toch echt voor elkaar.

Die avond komen we een Duitse man tegen die we ook in Nong Khiaw al hebben gesproken. We drinken een biertje met hem en een van zijn vrienden en gaan op hun aanraden bij een Laotiaans tentje eten. Wanneer we daar zitten lijkt er van alles in de soep te lopen met de bestellingen van de mensen die om ons heen zitten. Recht naast mij zit een Chinees meisje die fried rice met ananas besteld heeft, ze krijgt haar fried rice zonder ananas en zegt daar wat van. De rijst wordt weer meegenomen en nog geen minuut later wordt haar dezelfde rijst voorgeschoteld met daarop een flats gesneden ananas. Het bord wordt neergezet met daarbij een Latioaanse mededeling die verdacht veel lijkt op; jij wilde fried rice met ananas, nou hier heb je het! Nadat er nog een paar gerechten voorbijkomen die helemaal niemand besteld lijkt te hebben vraag ik me af of dit nou wel zo’n geschikte keuze was voor onze laatste avond. Wanneer het opnemen van onze bestelling ook nog eens vrij moeizaam gaat (lees; er zijn 3 mensen voor nodig om de bestelling op te nemen), zie ik het niet meer zitten.. We blijven echter gewoon rustig zitten en zien wel wat we te eten krijgen. Want als er iets is wat ik onderweg al wel geleerd heb is dat je in Azië ongeveer maar de helft van de tijd krijgt van wat je daadwerkelijk besteld hebt, maar dat dit soms juist ook wel weer voor leuke verrassingen zorgt! Wonder boven wonder krijgen we wat we besteld hebben en alles smaakt goed. Een goede afsluiting van ons avontuur in Laos.

20170308_141233.jpg